Het is zondagochtend. F. is zwemmen met de meisjes (ja geweldig hè, dat doettie gewoon, ik maak hem wel eens uit voor lazy bastard maar hierin overstijgt hij menigeen, ik moet er niet aan denken met 2 kleine meisjes van wie één er helemaal niet kan zwemmen en één nog net te weinig om haar A diploma te halen, en dan nog dat gepiel in die kleedhokjes, hysterisch bij het idee alleen al, maar F. niet, hij doet het gewoon), V.'tje slaapt (als V.'tje alleen is met mama wordt hij snel moe, want V.'tje is erg gek op mama en slooft zich graag enorm uit, want als hij omrolt, zijn tongetje dubbelgevouwen tegen zijn bovenlip duwt, probeert te kruipen, dan slaakt mama 'oeh' en 'aah' kreetjes en daar wordt hij heel blij van, maar dus ook heel moe) en ik gebruik mijn tijd uitermate efficiënt met de te kleine kleertjes van V.'tje uitzoeken en de was opvouwen.
Tot het moment dat ik denk: K. ben je wel normaal? Hoe vaak komt het voor dat niemand iets van je wil? Fuck de was. Fuck de kleren. Ik heb een keispannend boek. En ik duik mijn bed in. Met mijn boek. Net op tijd. Na 2 hoofdstukken hoor ik de poortdeur slaan. "Mamaaaaaa! Ik ben 3 keer van de glijbaan geweest!" "En ik kon al alleen! Maaamaaaa!"
Geen opmerkingen:
Een reactie posten