Onze E. die kan er wat van. Dat is er eentje die je niet snel over het hoofd ziet zeg maar. Als ze naast je zit bij het eten zit ze continu aan je trui, wil op schoot, pakt dingen van jouw bord. Als ze even wat minder onverdeelde aandacht krijgt gaat ze vertellen dat jij de allerallerliefste bent. En net voor het moment dat je heel boos op haar wordt zet ze haar liefste snoetje voor, kruipt op schoot, maakt een grapje, zorgt dat je alleen nog maar kan glimlachen.
Vanavond had ze het op V. gemund. Haar armen strak om het middel van haar grote zus heen, loslaten is geen optie, want "oooohhh V. jij bent de liefste van de wereld, ik blijf altijd bij je". V. deed allerlei verwoedde pogingen zich los te wurmen uit deze verstikkende omhelzing maar niets hielp. E. hing en bleef hangen.
Ik denk dat je wel de voorzichtige conclusie kan trekken dat ze een tikje opdringerig doet. Toen ik dat vanavond zo eens zat te bekijken en meewarig mijn hoofd schudde richting F. gooide hij het zo voor mijn voeten, alsof het niks was: "Jemig ze lijkt echt zó op jou.".
Op mij? Ikke, de bescheidenheid zelve, altijd bereid zichzelf weg te cijferen? Nee... toch? Het enige moment dat ik me wel eens opdring is als ik een kleine bevestiging wil over hoe lang F. bij mij denkt te blijven. Het enige goede antwoord is voor eeuwig en altijd. En daar help ik hem graag aan herinneren. Maar verder kan je mij toch echt niet opdringerig noemen. Dacht ik.
En terwijl ik dat zat te bedenken kreeg V. genoeg van E. Ze vertelde haar zusje dat ze nú op moest houden met als gevolg dat E. luid wenend haar beklag deed: ".... dan wil ik noooooit meer met je spelen hoor...."
"Zie", zei F. "puntje bij paaltje ligt het dan ook nog aan de ander. Zo typisch...". Nou ja zeg, nu vraag ik je.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten